zaterdag 31 december 2011

31 December Het noordelijk schiereiland van Ambon, Leihitu

Vandaag gaan we naar het noordelijke schiereiland, Leihitu. Dit is voornamelijk christelijk. Onze chauffeur staat keurig om half tien op ons te wachten. Ambon stad zoals gewoonlijk weer flink vast, maar zodra je dat verlaten hebt, is het rustig op de weg. Het eerste deel van de weg is prima, hoe noordelijker we komen, des te slechter wordt de weg. Na een uur komen we aan bij Liang Beach. Er is haast geen toerist, maar het strand is prachtig met bomen en wat kraampjes. We blijven er lekker uitwaaien. De wind is krachtig en de golven hoog.


Vervolgens komen we in Waai. Dit christelijke dorp aan de oostkust van Leihitu is is beroemd om zijn heilige paling, levend in een vijver met kristalhelder water. De vijver wordt een beetje stroomafwaarts door de plaatselijke bevolking gebruikt om te baden en wassen. Het is een drukte van belang. Een andere groep betaalt de bevolking om de paling uit zijn hol te halen. Het zijn grote vissen, wel een meter lang. Het zien van deze paling brengt je geluk .


Het moslim dorp Tulehu net na Waai is het vertrekpunt voor boten naar de Lease-eilanden of naar Seram. Maar het heeft ook warmwaterbronnen 2 km landinwaarts, die zeer populair zijn bij de lokale bevolking. Als wij er komen is het er heel stil. We gaan niet baden, maar voelen in het water, het is echt heel warm.


Dan komen we het beroemde en ook beruchte Natsepa Beach. Dit is op zich een mooi strand, het kan er echter heel druk zijn. We eten daar in een kraampje de lokale lekkernij, rodejak. Een mevrouw vermaalt voor ons pinda’s met kokossuiker en wat kruiden, daar worden vruchten doorheen gedaan en het resultaat is verrukkelijk.












Het is pas 1 uur als we dit ook gezien hebben en dan vragen we de chauffeur ons naar het Noorden te brengen naar Fort Amsterdam. Hij moet hiervoor het moslim gedeelte van het eiland door en over de bergen. Hij is niet echt enthousiast, maar ja, wij betalen en hij gaat.
Na drie kwartier komen we bij Benteng Amsterdam. Dit is gelegen aan de noordkust in het dorp Hila, dit is het eiland’s mooiste resterende stuk met koloniale architectuur, en in feite een van de beste forten in de gehele Molukken. De beheerder opent het voor ons en we lopen rond. Het is niet al te netjes gerestaureerd, maar het is heel mooi.
Daarna gaan we weer terug naar Ambon Stad. Als we daar aankomen, hebben we trek in een lokale vruchtenshake en we gaan naar onze bar, Sibu Sibu. Deze blijkt gesloten en ook de andere bar waar ze lekkere sappen hebben is dicht, uiteindelijk komen we in een onbekende plaats, maar het sap is heerlijk. Voor de zekerheid vragen we even in het hotel of alle restaurants vanavond dicht zijn ivm oudjaar, maar dat is niet zo. Vanavond gaan we dus feest vieren.

Morgen vertrekken we om 10 uur uit het hotel en gaan dan met de boot naar het eiland Saparua. De accommodatie is heel eenvoudig en we weten dus niet of we internet hebben.  Zo snel als mogelijk laten we weer iets van ons horen. 

 Allemaal een prettig uiteinde en een gelukkig nieuwjaar.

vrijdag 30 december 2011

Vrijdag 30 december Ambon eiland

Tot half acht hebben we gisterenavond op de jongens gewacht. Omdat we om zeen uur afgesproken hadden, zijn we toen maar vertrokken.
Vandaag verlaten we om half tien het hotel op zoek naar een taxi.  We vinden er bij het winkelcentrum. We komen er niet uit qua prijs. Vervolgens gaan we naar het hotel en een hotel taxi blijkt goedkoper dan die van de taxichauffeur bij het winkelcentrum. We laten er 1 komen. Na drie kwartier is deze er eindelijk. Als we dan vertellen waar we heen willen, durft hij niet. Uit de gebaren begrijpen we dat hij de bergen niet in wil en hij vertrekt. De volgende taxi zal er over tien minuten zijn. Na een half uur is de taxi er eindelijk. Om tien over elf start onze verkenningstocht over het zuidelijke schiereiland van Ambon.
Allereerst gaan we naar het Tiahahu Monument Dit staat hoog boven Kota Ambon en en heeft het mooiste uitzicht van het hele eiland. Het standbeeld van Martha Christina Tiahahu herdenkt een andere Molukse vrijheidsstrijder - dit keer een jong meisje uit Nusalaut. Zij zou samen met haar vader gevochten hebben tegen de Nederlanders en op zee zijn omgekomen van een hongerstaking nadat de Nederlanders haar gevangen hadden gezet en op een schip naar ballingschap in Java hadden gezonden.

Vervolgens gaan we naar Soya Atlas, een bergdorp hoog boven Ambon stad. Soya Atlas meest bekende van de bergdorpen is Soya Atas. Het ligt zeer hoog, en is de thuisbasis van een prachtige oude kerkDe kerk is een relatief recente reconstructie van de oorspronkelijke kerk uit 1920. De originele is zoals bijna alle kerken vernietigd in de strijd. De kerk is gesloten. Onze taxichauffeur regelt een sleutel. Het is een protestantse kerk, heel mooi. Tegenover de kerk is het huis van de Raja van Ambon (koning). Hij zit voor ons huis en ontvangt ons op zijn beste Nederlands. Zijn moeder blijkt Nederlands. Hij laat ons zijn huis zien, heel groot en prachtig. Zijn vader en opa waren heel invloedrijk, hij is alleen nog maar rijk.

Hierna is het tijd voor wat cultuur en bezoeken we het Simalima musem. Gezien alle reclame voor dit museum, valt het ons wat tegen Veel handwerk dat wel, maar heel klein. 



In een half uur rijden we naar een prachtig rotsstrand, Pintu Kote (deur naar de stad). In de rots zit een gat dat je met veel fantasie een deur kunt noemen. We beklimmen de rotsen en krijgen een schitterend panorama. Als laatste rijden we naar Collins’s Beach en genieten daar van een lekker sapje. Daarna gaan we weer terug naar het hotel.






Ambon is heel mooi en rusitg, in de stad zou je dat niet zeggen. Die wemelt van het verkeer en opstoppingen.

donderdag 29 december 2011

Donderdag 29 december Ambon


Vanochtend hebben we schade hersteld van het verlies van de portemonnee. We hebben eerst uitgebreid geld getrokken. Gelukkig werkt Marjns pasje prima en vervolgens hebben we een nieuwe portemonee voor Sjaak gekocht. Daarna hebben we het hotel op Saparua geregeld waar we 1 januari heengaan. Dan hebben we weer even geen internet.
Vanavond krijgen de Indische jongens die ons zo geholpen hebben op de boot, een maaltijd van ons aangeboden als dank. Zij mogen het restaurant uitkiezen. We zijn benieuwd.

Woensdag 28 december met de Pelni terug naar Ambon

De boot zou om 8 uur aankomen. Abba heeft ons al verteld dat de boot pas om 5 uur in de middag zal komen en dat klopt om tien over 5 vaart hij de haven in.Wij maken van de gelegenheid gebruik en hebben nog een uiterst aangename dag op Banda Neira. We bekijken het museum en staan weer oog in oog met de Nederlands Duistere daden. We zien het leven op de plantages op foto’s  en verder op schilderijen. We gaan ook nog naar het huis van de gouverneur waar een hongen ons enthousiast ontvangt en rondleidt. Er staat nog een standbeeld van koning Willem drie.

We hadden hier graag langer gebleven. De ensen zijn hier zo vriendelijk en alles is hier zo rustig, midden in de oceaan. Een deel van de charme is het feit dat het zo verschrikkelijk afgelegen ligt. Het vergt een lange reis om te komen. En daarom moeten we terug, enfin het is niet anders





Om 6 uur gaan we de boot op. De 2 Indonesiërs die ons op de heenweg vergezelden zijn er weer en letten nu extra op ons. De chaos is weer net zo groot als op de heenreis, maar wij zijn nu gewaarschuwd. De jongens zorgen de hele reis heel goed voor ons en als we aankomen zorgen ze voor een rustige aftocht. De reis duurt wel 11 uur en uitgeput komen we om 5 uur in het hotel aan. 

27 december naar Banda Besar (Big Banda)




 Om half tien staan we met een groepje Europeanen en 2 Canadezen klaar om Abba te volgen. Abba is de eigenaar van ons guesthouse. Hij is een heel goede gids en gastheer. Vandaag gaat hij ons de historie van de eilanden vertellen. Met de boot steken we over naar het grote eiland aan de overkant.

We bezoeken de nootmuskaat en amandelplantages. Bijna alle Nederlandse nootmuskaat komt uit de Banda’s. Daarom waren de Banda’s in de zeventiende eeuw zo belangrijk. We lopen over de plantages van onze voorvaderen, de zogenaamde perkeniers. 

Voordat ze deze plantages aanlegden, vermoorden ze eerst alle leiding van het eiland. De rest van de bevolking werd gedeporteerd. Dit omdat de Bandanezen niet direct wilden luisteren naar het beoogde nieuwe bewind. Vervolgens voerden ze gehoorzame javanen en slaven aan die de nieuwe bevolking van de eiland werden. (We praten nu wel over de 17e eeuw).
De bevolking is heel vriendelijk als wij rondlopen en laten ons hun werk zien. De laatste jaren is de nootmuskaat uiterst winstgevend en de eilanders zijn zeer welvarend met t.v.’s, mobiele telefoons, brommers en uiterst nette tuintjes.
Aan het einde van de wandeling komen we bij de laatst overgebleven perkenier (en enige Christen die is teruggekeerd na de rellen in de jaren 90). We drinken daar kaneelthee.








In de middag snorkelen we onder de vulkaan op Guning Api, weer een ander eiland dat alleen uit een vulkaan bestaat. In 1988 is de vulkaan uitgebarsten en op het lava in de zee heeft zich een prachtig rif ontwikkeld. Biologen staan versteld zo snel als dat gaat.
In de avond zijn we uitgenodigd bij de Nederlander, Nieuw Zeelander en 2 Indonesiërs waar we de heenreis op de boot mee hebben samen gereisd. Zij hebben visgevangen die we gezamenlijk met de familie waar zij verblijven nuttigen. Weer veel te veel en te lekker eten.

26 december BandaNeira, snorkelen bij Pulau Pisang en Banda Neira


We staan vroeg op, want de jongens van de boot hadden gezegd hier tussen acht en negen te zijn. Tijdens het ontbijt krijgen we gezelschap van Bulo, de huispapegaai. Bulo is gek op de gliutenvrije crackers. We geven hem een stukje en kunnen niet meer stuk bij hem.
 Het weer is aanvankelijk heel mooi, helaas gaat het om half negen flink waaien en om negen uur hoost het weer. Om half tien is het weer droog en nog steeds is er niemand langs geweest. Daarom besluiten we ons niet op de backpackers te verlaten en regelen we zelf een bootje. Als we wegvaren uit de haven, krijgen we al snel heel hoge golven. We voelen dit flink in onze buik. Na drie kwaetier zijn we bij het eiland Pisang, banaan. We snorkelen een uurtje, er zijn veel vissen, maar het koraal valt tegen. We zijn ook wel erg verwend in Bunaken. Vervolgens varen we naar Banda Besar (Big Banda), daar overtreft het koraal onze verwachtingen.
De diversiteit is veel groter dan op Bunaken. We zien zelf hele grote vissen, Barracuda’s heten ze. Die keken naar ons met vlijmscherpe bekken alsof ze wilden zeggen ik lust wel een hapje van jou. Op veilige afstand waren ze heel mooi. Intussen regent het weer flink, maar we merken er niets vn. 

25 december Banda Neira


 Vandaag staan we iets later op dan de laatste dagen, vannacht lagen we pas om 3.30u in bed. Om 9 uur zitten we aan het ontbijt. Direct daarna verschijnt ons reisgezelschap van de boot en ze vragen ons dinsdag en woensdag met hen mee te gaan in een boot. Op dit moment is het weer nog slecht, maar als het weer beter wordt, zullen we hen vergezellen.
 De rest van de dag wordt het weer steeds slechter. De tropische buien wisselen windhozen af. We lopen tussen de buien wat rond. We moeten ons regelmatig verantwoorden dat we Nederlands zijn. De  geschiedenis heeft diepe wonden geslagen. We glimlachen dan maar wat. Voor anderen zijn we helden en zij willen in Fort Belgica met ons op de foto. We doen dat uiteraard.
 Daarna kijken we nog naar dansen en zingen op straat. Er gaat iemand vandaag trouwen en drie groepen strijden om de titel beste zang/ dans team.
In de middag halen we wat slaap in en daarna lopen we wat rond. Sjaak ziet een paar kinderen voetballen en besluit met hen mee te doen. De hilariteit is groot voor “van Nistelrooij?. De kinderen spelen heel fel en schoppen elkaar als echte voetballers voor de kuiten.. Sjaak scoort 2 keer.



In de avond komt half Europa bij ons guesthouse eten. Het eten is ook heel erg goed. Twee grote vissen verorberen we met een 20 man. Al met al een prima dag. 

Van Ambon naar Banda Neira, 24 december 2011


Een knotsgekke kerstavond
Gisteren zijn we met de boot vertrokken naar Banda Neira. Een reis die we niet snel zullen vergeten. Het begint al in de wachtruimte. Honderden mensen verzamelen zich daar om de boot te nemen. Het is er verschrikkelijk benauwd en warm. Bovendien zijn de Indonesiërs stevige rokers. Dat alles maakt het wachten geen pretje, maar dat is nog niets vergeleken wat later zou volgen.
Om 17.00 zou de boot vertrekken, maar uiteindelijk is het bijna 19.30 uur voordat we de lange reis van acht uur aanvangen. De aankomst van de boot in Ambon is een welkome afwisseling van het lange wachten. Zodra de boot is aangemeerd, stormen honderden kruiers naar boven om de bagage van de passagiers te helpen sjouwen. Tegelijkertijd mogen de nieuwe passagiers al plaats nemen. Het gevolg laat zich raden. Komende en gaande mensen op dezelfde trap. Wat een chaos.
Na lang zoeken vinden wij een plaatsje op het achterdek. We hebben gelezen dat de Ambonezen het buiten te koud vinden en het daarom buiten rustiger is. Dat klopt en we ontmoeten een Nederlander en een Nieuw-Zeelander. We hebben veel plezier met ze. Aan boord is de situatie onbeschrijfelijk. Het lijkt wel een boot vol met vluchtelingen, althans zo stellen wij ons dat voor. Overal slapen mensen en er zijn veel meer mensen op de boot dan toegestaan. De toiletten zijn zo verschrikkelijk smerig dat het onvermijdelijke bezoek zo lang mogelijk wordt uitgesteld. Ook de muziek op de boot is  verschrikkelijk. Kboem, Kboem, Kboem en dat heel hard en achter uur aan een stuk.
Om 02.30 meren we af. Het verlaten van het schip verloopt op dezelfde chaotische manier als bij vertrek. Iedereen duwt tegen iedereen en de sjouwers proberen met hun bagage voor te dringen zodat ze snel nog een klant kunnen helpen. Marjon en ik besluiten zo dicht mogelijk bij elkaar te blijven staan om onze bagage te beschermen. Dat verhindert niet dat wij de andere dag constateren dat de portemonnee van Sjaak is gerold. We hebben ons geld echter op verschillende plaatsen verstopt, zodat we voor de komende dagen wel rond kunnen komen. Dat betekent wel dat we snel alle bankpassen moeten blokkeren, maar we hebben gelukkig nog de passen van Marjon.
Al met al een kerstavond om nooit te vergeten.

donderdag 22 december 2011

Ambon stad 23 december 2011

Vanmorgen als eerste naar de Pelni office geweest om tickets te kopen voor de Banda eilanden en het lukte. Maar een retourtje kennen ze niet, dus op de Banda's moeten we weer op jacht voor een ticket. In het hotel hebben we een eenvoudig pension op de Banda's laten boeken.
We zijn nu tot en met 1 januari onder de pannen. Van 24 tot 28 december op de Banda's en daarna weer in dit hotel.
In de ochtend hebben we Ambon stad verkend. We hebben de moederkerk gezien. Alles staat nu in het teken van kerstmis dat hier heel groots gevierd wordt. Verder hebben we shirts gekocht in een groot winkelcentrum.
Tot zover. De kans is groot dat dit ons laatste bericht is tot we weer terug zijn van de Banda's, omdat je daar heel slecht tot niet kunt internetten en ook niet bellen.

Jullie allemaal goede kerstdagen en we schrijven jullie weer voor het nieuwe jaar.

Van Manado naar Ambon 22 december 2011

Gisteren zijn we heel vroeg opgestaan. We dachten het goed geregeld te hebben, want om 5 uur zou de taxi er staan om ons naar het vliegveld in Manado te brengen. Om 5 uur staan wij fris en fruitig van de lekkere douche te wachten, maar er komt niets. Om kwart over 5 besluiten we maar een andere taxi te bellen en die komt heel snel. Vervolgens loopt alles als een trein. Om kwart voor 7 zitten we in het vliegtuig naar Makassar, een 1000 km zuidelijker. Daar wachten we drie uur, maar die vliegen om. Er zit naast ons een Ambonees te wachten die in Delfzijl is geboren en zich vermaakt met het oefenen van zijn Nederlands. Vooral ons boekje 'Hoe zeg ik het op zijn Indonesisch' vindt hij prachtig. Vervolgens duurt het nog wel even voordat we in het vliegtuig zitten en vertrekken.
Om drie uur in de middag landen we op Pattimura Airport in Ambon, een gloednieuwe luchthaven. Onze Indonesische Delfzijler komt ons bij de douane goed van pas. Hij weet ons feilloos langs de douanepolitie te loodsen, die in ons extra inkomsten zien. Dan heeft hij een taxi geregeld en rijden we in de beste taxi tot nu toe naar zijn huis, waar hij uitstapt en wij gaan nog een kleinstukje verder naar het hotel.
Overigens krijgen we het bij de bagage band nog Spaans benauwd. De tas van Sjaak was er heel snel en toen duurde het nog een half uur voordat mijn tas kwam. Maar gelukkig was ie er wel.

Het Swiss Bell hotel is een prima luxe zakenhotel. Na een opfrissing gaan we Ambonstad verkennen. Dat is wel een avontuur in deze heksenketel van brommers, auto's, fietstaxi's. Onze eerste actie is tickets voor de boot naar de Banda's te bemachtigen. Met een fietstaxi zijn we naar een reisbreau gegaan, maar helaas geen tickets. Dat moeten we vrijdagochtend om 9.00 bij de Pelni office zelf gaan doen.

's Avonds lopen we weer buiten op zoek naar een restaurant en dan komen we Nederlandse Ambonezen tegen, die hier in verband met kerstmis veel zijn. Ze wijzen ons een uitstekend restaurant, waar we weer veel te veel eten en dat voor 16 Euro. Moe maar voldaan gaan we naar het hotel en slapen weer om 10 uur.

woensdag 21 december 2011

Van Bunaken naar het Novotel in Manado





Zoals elke ochtend gaat ook vandaag om 7 uur onze wekker en treffen we de duikers aan het ontbijt, al helemaal gereed voor de duiken van de dag. Wij hebben besloten niet te gaan snorkelen vanochtend. De laatste dagen zijn we aardig verbrand. Gisteren hebben we allebei met een T short gesnorkeld en ik met korte broek en Sjaak met lange zwembroek. Vervolgens zijn we daaronder zo rood als een kroot geworden dus rode kuiten en knieën. Genoeg is genoeg, vandaag krijgt onze huid rust. We pakken daarom eerst onze spullen en wandelen dan in een half uur naar het nabij gelegen dorpje.De bewoners groeten ons hartelijk. Er staat een enorme gereformeerde kerk aan het begin van het dorp en aan de andere kant van het dorp staat een moskee. Het dorp is keurig verdeeld qua geloof. Iedereen leeft rustig naast elkaar. Het is een heel ordelijk dorp, overal zijn tuintjes afgezet met een hek en de tuin heeft bloemen. De huizen zijn niet groot, maar meestal van steen. “Dat is de nalatenschap van jullie Nederlanders, kregen we in het hotel de horen’. Het ziet er in ieder geval leuk uit. Vervolgens nemen we een andere route terug. Het is onduidelijk waar we moeten afslaan naar ons resort, maar dan zien we onze kokkie en we volgen haar over een modderig pad. Halverwege val ik languit in de modder, tot op mijn onderbroek is er modder. 
Sjaak en de kokkie vissen me uit de troep, de douche was niet warm en ik kreeg de modder er slecht af. Op ons balkon hebben we vervolgens  wat gelezen. Om 1 uur verlaten we onze kamer en genieten we weer van een heerlijke lunch.

Na de lunch komt een boot ons ophalen en in de haven staat de taxi al te wachten. Om 4 uur arriveren we in het hotel. Voor het hotel krijgt de auto een safety check, geen bommen en we mogen door. De luxe en uitstraling van dit hotel overweldigt ons  Afgelopen augustus was hier de G7 top. Er is een tennisbaan, enorm golfterrein, zwembad, fitnesscentrum en een spa.






De kamer is uiteraard ook luxe, met waterval douche. 












Eerst gaan we zwemmen in het zwembad en hebben heerlijk gedoucht onder een watervaldouche. 
Alle modder is weer van mijn lichaam af. In de koffer heb ik maar mijn nieuwsjaarkleren opgezocht, want wij kwamen in een korte broek, slippers en T shirt de enorme hotellobby binnenzetten, terwijl anderen strak in het pak/ jurk liepen. Om niet helemaal uit de toon te vallen, doffen we ons vanavond maar op. Morgenochtend om 5 uur ’s ochtends komt de taxi ons ophalen om naar de luchthaven te brengen waar we om 6.45 vertrekken via Makassar naar Ambon.

dinsdag 20 december 2011

Weer snorkelen

Vandaag overtreft de twee vorige dagen qua snorkelen. De eerste dag waren we al verbaasd, maar het is vandaag weer mooier. We staan weer om 7 uur op en spreken een paar mensen over onze plannen van vandaag. We zijn de enige niet-duikers hier en de jongelui kunnen zich niet zo goed voorstellen dat wij onze dagen vullen met snorkelen. Maar ze vinden het jammer dat we niet met hen meegaan op de boot. Wij lopen om kwart voor negen naar het resort dat naast het onze ligt: Lorenzo’s. Daar wacht er al een jongen op ons en met 2 man gaan we naar een speedboot.



De speedboot is nieuw en helemaal in elkaar gezet door Lorenze himself. De boot is mooi, helemaal van hout. In het begin sputteren de motoren nog wat tegen, maar als ze het eenmaal goed doen, vliegen we vooruit,
We snorkelen op 2 plaatsen bij de muur. De stroming is erg sterk, maar nu is er het voordeel dat wij niet naar de boot hoeven, maar de boot komt naar ons. Dus laten we ons lekker meedrijven. Op de tweede plek zijn de golven zo hoog dat onze snorkels elke keer vol lopen. Na een kwartier gaan we naar de derde plek, het huisrif waar we al 2 keer gesnorkeld hebben. Maar met een boot kan je het veel beter bekijken.

De lunch gebruiken we voor de kust van een ander eiland en daar snorkelen we ook weer. Het is wel indrukwekkend zo\n muur vol met koraal die heel, heel diep is.
We zijn om twee uur weer terug en vallen in slaap. Na 2 uur werd ik wakker, Sjaak slaapt intussen al 3 uur en ik zal hem straks maar even wakker maken. Hij kan hier aan een stuk door slapen.
Morgen vertrekken we weer naar Manado waar we overmorgen om 7.15u al het vliegtuig naar Makassar/ Ambon pakken. We hopen hier pas in de middag weg te kunnen. We zijn afhankelijk wanneer de andere gasten weg willen,

maandag 19 december 2011

Op pad met de duikers in het National Park Bunaken

Sjaak rust uit voor onze hut
Het uitzicht vanuit onze hut
Gisterenavond zijn we nog even naar de bar geweest, beneden bij het strand. De meesten gasten waren om negen uur al naar hun hut; duiken is een vermoeiende bezigheid en dat terwijl wij minimaal 20 jaar ouder zijn dan de in leeftijd op ons volgende gast. Maar ja, je bent zo oud als je je voelt. Er zat nog een Nederlands koppel in de bar en daar hebben we een praatje meegemaakt. De man is, hoe kan het zo treffen, fiscalist en dat schept een band. Er zijn uiteraard gezamenlijke kennissen. Om tien uur zijn ook wij naar bed gegaan. Weer vielen we droomloos in slaap.

 Om kwart over acht verzamelen we bij de boten waar alle duikers en wij als de enige snorkelaars worden verdeeld over de boten. Onze boot heeft beginnende duikers aan boord en aangezien zij niet zo diep gaan, is het voor ons ook een aangename tocht. De eerste snorkelplaats valt wat tegen voor ons verwende reizigers.
Er is vis genoeg, maar het koraal is dood.







De tweede snorkelplaats overtreft onze verwachtingen. Alle soorten vis en koraal zwemmen op een ondiep deel en dan ineens is er een heel grote muur, waarna de zee oneindig ver wegzakt onder ons. Als ik daar ver naar beneden kijk, word ik duizelig. Daarna is het 12.45u en dus tijd om te lunchen. De lunch is net als gisterenmiddag en avond overvloedig en heerlijk.

 We twijfelen of we vanmiddag weer mee zullen gaan om te snorkelen. We besluiten niet te gaan als een instructeur ons vertelt dat vlakbij het hotel voor snorkelaars een veel mooiere plaats is dan waar de duikers heengaan. We lopen dan een stukje langs het strand en gaan snorkelen bij het resort van de buren. Gisteren was er veel stroming, zodat we weggezogen werden. Vandaag is daar niets van te merken en snorkelen we een uurtje, waarna we weggaan en ik vervolgens dit verslag maak voor jullie.


Tot zover de maandag. Morgen gaan we niet met de duikers mee, maar krijgen we een echte snorkeltrip. We wachten het af.